MOESTUIN

In het Antieke Rome was de hortus oorspronkelijk een klein perceel grond dat bestemd was voor het telen van groenten. Uit deze periode stamt één van de eerste praktische teelthandleidingen van de hand van Marco Porcio Catone, namelijk De agricoltura.

In de Middeleeuwen werden verschillende groentegewassen geteeld in de kloosters, een gewoonte die is blijven bestaan. Deze typische middeleeuwse tuin kreeg de naam hortus conclusus, omwille van het feit dat de tuinen aan vier kanten ommuurd waren.
Tijdens de Renaissance worden de moestuinen omgevormd tot tuinen waar de esthetische kant belangrijker was dan de productie van landbouwgewassen.
In de 19de eeuw kreeg de moestuin zijn huidige vorm, als gevolg van de bevolkingsgroei en de stijgende vraag naar voedsel.

De laatste jaren, onder andere door de wens om gezond en biologisch voedsel te eten, zijn de aanvragen voor kleine autonoom te bewerken percelen ook binnen de steden gegroeid. De lokale overheden worden dus steeds meer gestimuleerd om op zoek te gaan naar kleine stedelijke ruimtes om ze om te vormen tot tuintjes. Zo kunnen ze tegelijkertijd de sociale functie van de kleine landbouwer ondersteunen en daarnaast het stadsleven verbeteren dankzij een hogere ecologische kwaliteit en mooiere landschappen binnen de stad.

De moestuin van het Italiaans paviljoen vertegenwoordigt dus een sociaal ontmoetingspunt waar initiatieven tot leven komen en activiteiten voorzien worden die gericht zijn op het delen van tuinbouwruimtes. In de tuin kunnen typische Italiaanse tuinbouwproducten vastgenomen worden en kan ook heel wat gedeeld worden.